Beven

Als een mitrailleur ratelt de stem gif en gal in zijn oren.
Inwendig spreekt hij zichzelf toe: luisteren, alleen luisteren nu, laat hem eerst maar even aflopen. Begrip tonen voor allebei. Vertrouwen uitspreken dat ze er samen uit zullen komen. Geen adviezen geven. Geen partij kiezen.
Maar de stem vuurt onverminderd door: ‘Straks doe ik haar nog eens wat áán!’
Hij schrikt, zijn hartslag stijgt tot ongekende hoogten, nee, niet weer dit dreigement.
Sussend probeert hij dit tij te keren, zegt op luchtige toon: ‘Hoho, jij mag mijn meisje niks aandoen, hoor.’
De stem kalmeert, grinnikt zelfs even kort.
Dan: ‘Ik kan er natuurlijk ook zelf een eind aan maken, haha.’
Hij weet geen weerwoord.
Legt de telefoon neer.

 

Rookte hij nog maar, hij zou iets geven voor een sigaret nu.
Hij zoekt zijn jas, de knopen willen niet dicht, laat ook maar.
Schuifelt naar zijn rollator, naar buiten nu, de frisse lucht in.

 

Pas uren later stopt het beven in zijn lijf.

 

 

1-9-2023