Nader

Terwijl ze aan komt lopen, witte jas, mondkapje, noemt ze mijn naam en maakt een uitnodigend handgebaar.
Samen lopen we naar haar spreekkamer.
Als we zitten, vraagt ze hoe het gaat.
Ik hoor haar stem, kijk naar haar ogen.
Begin een zin, stop halverwege, zeg: ‘Ik heb u nog nooit gezien zonder mondkapje.’
Ze schuift haar mondkapje naar beneden.
Haar mond past bij haar ogen.
Ze kijkt me aan, vraagt: ‘Wat vertelt uw huid?’ 
Niet eerder vroeg een dermatoloog dat.
Ik denk na.
Ze denkt mee.
Samen luisteren we naar mijn huid.
Hij geeft een ferm advies.
Hij heeft gelijk.

 

Ze kijkt niet op haar horloge na vijf minuten.
Ook niet na tien minuten.

 

‘U bent zo anders’ zeg ik, als we zijn uitgesproken en ik opsta.
Ze lacht: ‘U ook.’

 

 
16-2-2021

Bittere kou

Wankelend op geleende noren
kiezen mijn voeten een te snelle weg
als mijn ogen het wak waarnemen
zijn ze er al ingeschoven
diep de donkerte in.

 

In slow motion registreren hersenen
hoe voeten benen neerhalen
hoe broek bittere kou absorbeert
hoe zwaar nat trekt aan
billen borst schouders
hoe armen zoekend rondmaaien
hoe verkrampte handen vergeefs zich
vastklampen aan afbrokkelende ijsranden
dan loslaten.

 

Panisch gilt mijn stem tot de kou
mijn stembanden bereikt
verlamt
wat blijft is pijn
ijzig, adembenemend
mijn lichaam verstijft, wordt een
amorfe wiegelende massa

 

Grijnzend vriest het gat boven me dicht.

 

Dit verhaal werd op 19-2-2021 gekozen als een van de vijf leukste, beste of meest opvallende ultrakorte verhalen en gedichten van week 7 in de Facebookgroep Schrijven Magazine: Ultrakorte verhalen.
 

Leeg

de aarde versmalt, langs de vloedlijn liggen
groene doppen, gedroogde pruimen
perkamenten schelpen van verschoten
blauw, touwen wit versteend in zout
meeuwen lopen mank, kauwtjes krijsen, een
ijsvogel oefent in verdwijnen
 
geen woorden meer
geen fluisteringen geen rimpels in het water
alles verstilt, het regent leegte
ik val in druppels uiteen
 
12-2020

IJsvrij

Links              rechts
rechts rijdt fier vooruit
links glijdt weg
schaats in kuit

 

Rechts           links
voorzichtig om wak
struikel over tak
schaats in hak

 

Links              rechts
links over rechts
rechts gaat trillen
bons op billen

 

Rechts           links
rechts over links
links hakkelt halsoverkop
dreun op heup

 

Schaamtetranen over koude wangen
wanten verdwenen vingers bevroren
blauw van kou bevend van pijn
struikelend naar huis

 

Kan je nou nog niet pootje over?
Nou ja zeg dat kan toch iedereen?

 

 

17-1-2017

Samen!

Inspiratie: de afgelopen week was het woord ‘SAMEN’ het thema van de Week van de Poëzie en tevens het Woord van de Week in de Facebookgroep Ultrakorte verhalen

 

 
Het is 1989.
Ik ben wat uitgekeken op mijn baan als medewerker gecoördineerd ouderenwerk en kom een vacature tegen voor de functie van coördinator SOS Telefonische Hulpdienst Dordrecht. (tegenwoordig: de Luisterlijn)
Een intrigerende functie.
Toch weifel ik: het is een HBO-functie, ik heb wel net mijn Hbo-diploma behaald maar als ik de taakomschrijving lees, lijkt dit me echt veel te hoog gegrepen.
‘Welnee, dit is je op het lijf geschreven’ vindt man.

 

Ik solliciteer.
Word uitgenodigd.
Vast een vergissing.
‘Ga toch maar’ zegt man: ‘dan kan je altijd daarna nog zien.’

 

De dag van het gesprek hebben mijn darmen en ik geen idee meer waarom ik solliciteerde.
Ik wil afbellen maar mijn vingers bellen man.
Ik bel hem zelden op zijn werk, dus loopt hij geschrokken zijn vergadering uit: ‘Wat is er aan de hand?’
Ik vraag hem: ‘Sorry maar waarom doe ik dit ook al weer?’
Ik hoor hem lachen, een sigaret opsteken en gaan zitten.
Dan noemt hij uitgebreid alle argumenten op waarom ik de perfecte persoon ben voor deze functie.
O ja.
Zucht.
Natuurlijk.

 

Het sollicitatiegesprek loopt als een trein.
Ik word aangenomen als coördinator, groei na een paar jaar door tot directeur.
Man heeft gelijk:
Van 1989 tot 1999 heb ik de leukste werkplek die er bestaat!
Ik leer vrijwilligers trainen en begeleiden en de organisatie door moeilijke tijden leiden.
Ik geniet van bijna alles wat op mijn pad komt: de mensen, het werk, de plek.
Maar het meest, tot op de dag van vandaag, van de vriendschappen voor het leven die daar en toen ontstonden.

 

 
 
Een verkorte versie van dit verhaal werd op 5-2-2021 gekozen als een van de vijf leukste, beste of meest opvallende ultrakorte verhalen en gedichten van week 5 in de Facebookgroep Schrijven Magazine: Ultrakorte verhalen.
 

Samen?

begrijp je de taal van mijn hand
als je hem niet kan schudden,
lees je de lach rond mijn ogen
als mijn mond is bedekt,
voel je de warmte van mijn armen
als ze naar je zwaaien,
is een gebaar ook waar
zonder aanraken van elkaar?

 

overbruggen woorden
de afstand tussen ons
of zweven ze weg tussen
optrekkende auto’s
en krijsende meeuwen?

 

Hoe leeg is de lucht tussen ons?

 

 

4-2-2021

Dag

Met de gordijnen schoof een grijze wereld open en
gaapte met een grauwe muil, mist druilde langs de
ramen, geen licht daagde in het oosten, het was

 

alsof de dag zich had verslapen of onderweg was
afgeslagen naar een terloopse tussentijd waar
koffie beter smaakt, vrolijk maakt of sneller oplost

 

maandag was het, en natuurlijk januari; ik droedelde
een doolhof in het stof op de vensterbank, de kamer
rook naar oude eieren en vergeten wasgoed.

 

De tijd viel in vlokken uiteen als de sneeuw in winters
van vroeger; met beide handen ving ik ze, kneedde ze
groot en rolde ze glad, vouwde een hoedje van de krant van
gisteren en toverde lachrimpels rond strenge ogen boven een witte jas

 

In de verte hoorde ik luid applaus en onbedaarlijk gegiechel
Iemand gooide een wortel.

 

Inspiratie: cursus Poëzie on line, les over dichter Bernke Klein Zandvoort