Lentelief

Steelse buitelblikken in april, hij stoer, ik nonchalant,
alleen maar leuk hoor, heus, niks aan de hand.
 
In mei lach ik bleublij in zijn streelstralende ogen,
wangdansend stamelstuitert hij wankelwoorden
die mijn grage oren nooit eerder hoorden.
 
In juni strompelstruikelen we blozend langs het strand,
smelten in een zaligziltzoen, zwaaien naar
ons eindelijk wegwaaiend verstand.
 
Verliefd, welnee, ‘t is enkel dat mijn wekker niet wakkert,
mijn voeten steeds dansen en mijn hart alsmaar flakkert.
 
 
 
Gedicht naar aanleiding van de Schrijven online weekopdracht 191:Schrijf een gedicht over de lente met minimaal 1 zelfbedacht woord (neologisme) erin. Gebruik niet meer dan tien regels.
27-4-2018
 

Leave a Reply

Your email address will not be published.

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.